Dit Friese waterdorp van 283 kilometer verwelkomt jaarlijks duizenden bezoekers sinds 1997

Een scherpe ochtendwind snijdt langs mijn gezicht terwijl ik over het bevroren kanaal naar de horizon tuur. Ik sta op de 200 kilometer lange route van Nederlands meest legendarische evenement, de Elfstedentocht. Deze iconische schaatsmarathon heeft sinds 1909 slechts 15 keer plaatsgevonden, met de laatste editie in 1997. Het voelt onwerkelijk te beseffen dat deze historische route, die door elf pittoreske Friese steden slingert, volgens klimaatmodellen mogelijk voorgoed verdwijnt.

Na jaren van reizen door bergketens en woestijnen, ben ik hier in Friesland om een cultureel fenomeen te begrijpen dat zowel tijdloos als bedreigd is. Een traditie die, zoals een lokale historicus me gisteravond vertelde, “de ziel van een heel volk in één route vangt.”

Een schaatsmarathon met slechts 8% jaarlijkse kans

Wat deze route bijzonder maakt is niet alleen zijn lengte, maar zijn zeldzaamheid. Het Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut (KNMI) berekende dat de kans op een Elfstedentocht is gedaald van 20% per jaar een eeuw geleden naar slechts 8% nu. Voor een evenement dat minimaal 15 cm ijs vereist over bijna de gehele route, is dit een dramatische daling.

Terwijl ik in Leeuwarden, startpunt van de tocht, een kop koffie drink, legt mijn lokale gids Joost uit dat de laatste tocht plaatsvond toen hij nog een kind was. “Velen van mijn generatie hebben nog nooit een officiële Elfstedentocht meegemaakt, behalve in verhalen.”

In 1997, bij de laatste editie, voltooiden meer dan 16.000 deelnemers de marathon, terwijl bijna 2 miljoen toeschouwers langs de route stonden. Een onvoorstelbaar aantal voor een land met destijds 15 miljoen inwoners.

“Wanneer de Elfstedentocht wordt aangekondigd, staat het land letterlijk stil. Iedereen neemt vrij, scholen sluiten, en het hele land leeft mee. Het is meer dan sport; het is onze collectieve ziel op ijs.”

Deze Friese traditie blijft bestaan door alternatieve vormen. Tegenwoordig rijden jaarlijks duizenden fietsers en automobilisten de route, vastbesloten om de elf historische steden te ervaren, zelfs zonder ijs.

De Nederlandse Vasaloppet met een onzekere toekomst

Terwijl ik doorfiets naar een van de kleine Friese waterdorpen, vergelijk ik de Elfstedentocht met de Zweedse Vasaloppet, een andere historische wintersportmarathon. Maar daar waar de Vasaloppet jaarlijks doorgaat dankzij betrouwbare sneeuwval, hangt de Elfstedentocht af van steeds zeldzamere perfecte ijscondities.

In Dokkum, de noordelijkste stad op de route en 174 km vanaf Leeuwarden, ontmoet ik Sietse, een 78-jarige man die de tocht tweemaal reed. Zijn ogen lichten op bij de herinneringen. Het contrast tussen de historische betekenis en de onzekere toekomst maakt deze route des te waardevoller.

De Elfstedentocht verbindt niet alleen steden, maar ook generaties. In Leeuwarden, de Friese hoofdstad met haar duurzame toerismestrategie, zie ik jonge kinderen dromen van een tocht die ze mogelijk nooit zullen ervaren.

Wat de reisgidsen je niet vertellen

Voor wie de route wil ontdekken, is zomer paradoxaal genoeg de beste tijd. De fietsroute is perfect gemarkeerd en leidt door schilderachtige dorpen die in de winter onder sneeuw en ijs verborgen liggen. Begin vroeg in Leeuwarden en plan minimaal drie dagen voor de volledige ervaring.

Vermijd de drukke hoofdwegen en kies voor de officiële fietsroute die parallel loopt aan de oorspronkelijke schaatsroute. In Workum, een kunststadje met 86 rijksmonumenten, kun je stempels verzamelen bij lokale cafés – een knipoog naar de originele schaatstraditie.

Het beste verblijf is in de kleinere steden zoals Hindeloopen of Sloten, waar je kunt genieten van authentieke Friese gastvrijheid zonder de drukte van Leeuwarden. Vraag lokale bewoners naar het “Prinsengrachtje” in Hindeloopen, een verstopt kanaal dat rijk is aan geschiedenis.

Terwijl ik op de laatste avond terugkeer naar mijn hotel, denk ik aan wat mijn dochter Emma zou zeggen als ze hier was. Ze zou waarschijnlijk vragen of we ooit samen de echte Elfstedentocht kunnen schaatsen. De waarheid is bitter als de wind die over deze vlaktes waait: deze generatie is mogelijk de laatste met een realistische kans.

De Elfstedentocht is als een Friese uitdrukking die ik leerde: “It kin net, it kin wol” – het kan niet, maar toch kan het. Een paradox van hoop en realisme die de Nederlandse geest perfect vangt, zwevend tussen ijs en dooi, traditie en verandering.