Ik sta aan de voet van wat wielerfans “de Muur” noemen – maar dit is geen gewone helling. De Mur de Huy stijgt voor me uit als een onmogelijk steile straat in een slaperig Belgisch stadje van 13.000 inwoners. Het is moeilijk te geloven dat deze 1,3 kilometer lange klim met hellingsgraden tot 20% jaarlijks meer bezoekers trekt dan de hele stad inwoners heeft. Ik ben in Huy, op slechts 30 minuten rijden van Luik, waar de meeste toeristen voorbijrijden op weg naar Brugge of Brussel. De herfstmist hangt laag over de Maas terwijl lokale bewoners rustig hun ochtendkoffie drinken, onbewust dat ze in een wielermekka wonen dat 99% van de bezoekers mist.
De stad waar wielerkampioenen sidderen
Wat maakt een kleine Waalse stad met nauwelijks 13.000 inwoners zo bijzonder? In april 2025 veroverde wielergigant Tadej Pogačar hier de 89ste editie van La Flèche Wallonne, met een zeldzame voorsprong van 10 seconden – de grootste winstmarge sinds 2003. De race trekt jaarlijks 15.000+ wielertoeristen, maar buiten het raceweekend is Huy verrassend rustig.
Ik begin mijn eigen poging om de gevreesde Mur te beklimmen, veel langzamer dan de profs. Halverwege, bij een hellingsgraad die mijn benen doet branden, groet een lokale jogger me alsof dit een normale ochtendwandeling is. “Dit is ons geheim,” vertelt hij me. “De toeristen zien alleen Brugge, wij hebben de geschiedenis én de wielersport.”
Terwijl Luik pronkt met Europa’s steilste trappenklim, heeft Huy iets wat wielerliefhebbers meer vrezen – een helling die zo steil is dat zelfs Tour de France-winnaars hier hebben opgegeven. Boven aangekomen, word ik beloond met een spectaculair uitzicht over de mistige Maasvallei, met de middeleeuwse stad die onder me ligt als een levend schilderij.
Vier wonderen waarvan er twee verdwenen
Huy is niet alleen wielersport. Het is een van België’s oudste steden met een geschiedenis die teruggaat tot de Romeinse tijd. De stad staat bekend om haar “Vier Wonderen”, waarvan er slechts twee de tand des tijds hebben doorstaan. De 15de-eeuwse fontein Li Bassinia staat nog steeds op de Grote Markt, terwijl de indrukwekkende 9-meter brede rozet Li Ronda schittert in de Collegiale Kerk van Notre-Dame.
Net als het nabijgelegen Namur bewaart Huy eeuwenoude tradities, maar zonder de drukte. Terwijl ik door de smalle straatjes loop, zijn er nauwelijks andere toeristen te bekennen. In plaats daarvan zie ik lokale ambachtslieden en café-eigenaren die rustig hun dag beginnen.
“Wij noemen deze tijd ‘la période dorée’ – de gouden periode. De renners zijn weg, de herfst kleurt onze vallei, en voor een paar maanden hebben we onze stad weer voor onszelf. Dit is wanneer je het echte Huy ervaart.”
De kabelbaan naar het Fort brengt me naar een donkere herinnering. Deze 19de-eeuwse citadel diende als gevangenkamp tijdens WOII. Nu biedt het een stilte die contrasteert met de wielerdrukte van april, met panoramische uitzichten over de drie rivieren die hier samenkomen.
Wat de reisgidsen je niet vertellen
De beste manier om Huy te bereiken is met de trein vanuit Luik (25 minuten) of Brussel (90 minuten). Voor automobilisten is er gratis parkeren bij het treinstation, op slechts 800 meter van het centrum. Kom op een vrijdag wanneer de wekelijkse markt plaatsvindt om de lokale producten te proeven.
Net als Harlingen de poort is tot UNESCO erfgoed, zo opent Huy de deur naar de Waalse Ardennen. De beste insidertip: beklim de Mur in de late namiddag wanneer de gouden herfstzon de middeleeuwse daken verlicht. Eindig bij Café du Centre voor een lokaal gebrouwen Mur-bier – een speciale tripel met 9% alcohol die je beloning is voor de klim.
Mis niet de Li Bassinia fontein, waar lokale tradities voorschrijven dat je een muntje gooit en drie keer de fontein rondloopt voor geluk. Volgens mijn hoteleigenaar heeft niemand die dit ritueel volgt ooit de Mur opgegeven – een geheim dat wielrenners nog moeten ontdekken.
Terwijl de zon ondergaat over de Maas, besef ik dat Huy het perfecte tegenvoorbeeld is van overtoeristisch Europa. Mijn vrouw Sarah zou de architecturale details prachtig vinden voor haar fotografie. In deze rustige herfstdagen onthult Huy zijn ware karakter: een plaats waar wereldwijde sportgeschiedenis en intieme lokale tradities samenkomen in een verstilde middeleeuwse setting die wacht op de echte ontdekker – ver weg van de massa’s die alleen maar Brugge kennen.