Ik sta op de houten plankenbrug die Trosa met de Baltische Zee verbindt, terwijl het zachte geluid van kletsend water de rust bevestigt. Het is 09:30 uur op een doordeweekse herfstochtend en ik ben één van slechts zes mensen zichtbaar in wat locals het “Världens ände” (einde van de wereld) noemen. Deze kustplaats van 5.000 inwoners ligt precies 70 kilometer ten zuidwesten van Stockholm, maar voelt alsof je naar een andere planeet bent gereisd – eentje zonder Instagram-toeristen.
Trosa ervaart een jaarlijkse transformatie die weinig andere Europese bestemmingen kunnen evenaren. In de zomer zwelt deze pittoreske havenstad tot ruim 20.000 bezoekers, maar nu, eind september, heeft de kustplaats haar ziel teruggevonden. De enigen die ik zie zijn lokale vissers die hun netten controleren, een oudere man die zijn ochtendkrantje leest, en enkele early-bird toeristen zoals ik.
Het seizoensgeheim van Trosa: 70% historische architectuur zonder de zomerdrukte
Wandelend door de straatjes valt het onmiddellijk op: meer dan 70% van de gebouwen in het centrum zijn authentieke houten huizen in traditionele stijl. Dit is geen gecreëerde filmset, maar een levend architectonisch erfgoed dat teruggaat tot de 17e eeuw toen Trosa werd herbouwd na overstromingen.
Sarah, mijn vrouw, fotografeert de kleurrijke houten façades terwijl ik me met Gustaf onderhoudt, die achter de toonbank van een ambachtelijke bakkerij staat. “Veel toeristen denken dat ze Stockholm moeten verlaten voor authentiek Zweden, maar het is hier – op slechts 60 minuten van de hoofdstad,” vertelt hij terwijl hij versgebakken kanelbullar (kaneelbroodjes) uitstalt.
Wat Trosa echt bijzonder maakt in 2025 is haar snelle groei (2,9% per jaar) gekoppeld aan een streng beleid om historisch erfgoed te beschermen. Ondanks haar positie als 3e beste ondernemingsklimaat van Zweden, blijft de stad bewust kleinschalig. Dit contrast tussen economische vitaliteit en historische conservatie creëert een zeldzaam evenwicht.
Stockholm’s verborgen alternatief voor de Italiaanse Riviera
Voor veel Zweden is Trosa wat dorpjes als Tellaro zijn voor Italianen: een kustparadijs zonder de massa’s. Net zoals Tellaro Cinque Terre overbodig maakt, biedt Trosa een authentieke kustervaring zonder de drukte en prijzen van beroemde Europese bestemmingen.
Langs de rivier Trosaån staan kleurrijke houten panden die aan beide zijden weerspiegelen in het water, vergelijkbaar met de bekendere kanalen van Brugge, maar zonder de eindeloze toeristische winkels. Halverwege mijn wandeling passeer ik het statige Trosa Stadshotell, een historisch gebouw uit 1867 waar de tijd lijkt stil te staan.
“In september ervaar je ons echte leven. Geen kunstmatig toeristenseizoen, maar een gemeenschap die ademt met de seizoenen. We hebben onze markten, onze tradities. Het zijn de ritmes van generaties, niet van toeristenkalenders.”
Deze authenticiteit heeft veel gemeen met Trouville-sur-Mer in Frankrijk, waar lokale cultuur domineert boven commercie. Wat beide plaatsen delen is een zeldzame balans tussen toegankelijkheid en authenticiteit. Maar terwijl Frankrijk worstelt met overtoerisme, houdt Trosa bewust haar kleinschalige charme vast.
Wat de reisgidsen je niet vertellen
De meest directe route is via de E4 snelweg vanuit Stockholm, afslag Vagnhärad, gevolgd door 15 minuten door schilderachtig platteland. Parkeer gratis bij Östra Hamnplan aan de oostelijke havenkant voor de beste eerste indruk van de stad.
De ideale tijd om Trosa te bezoeken is vroege ochtend (08:00-10:00) of late namiddag (16:00-18:00) wanneer het zachte licht de houten gevels transformeert. Houd eind september de oogst- en ambachtsmarkt in de gaten – een lokale traditie die teruggaat tot de 19e eeuw.
Terwijl de meeste bezoekers zich beperken tot het stadscentrum, ontdekte ik een verborgen parel in het Vitalis Outdoor Recreation Area net buiten de stad. Hier vind je, net als in het Noorse Ålesund met zijn verborgen natuurplekken, kilometers aan wandelpaden die perfect zijn voor een herfstwandeling.
Mijn 7-jarige dochter Emma was vooral onder de indruk van Spindelparken (Spinnenpark) met zijn gigantische klimweb – een kindvriendelijke activiteit die in geen enkele reisgids staat. De lokale ijswinkel Henkes Glass houdt ondanks het herfstseizoen open, met seizoenssmaken als kaneel-appel die perfect passen bij het weer.
Als ik terugkijk op mijn dagtrip naar Trosa, begrijp ik waarom de Zweedse “lagom” filosofie (niet te veel, niet te weinig) hier zo perfect tot uiting komt. In een wereld van overtoeristisch geworden Instagram-bestemmingen, heeft deze kleine kustplaats iets zeldzaams: een authentieke ziel die niet te koop is. Het échte einde van de wereld blijkt een nieuw begin voor reizigers die het authentieke Zweden zoeken.